man‎Gerardus Hartman‏‎, zoon van Cornelis Dirkse Hartman en Antje Willemse Roelofsen‏.
Geboren ‎10 nov 1837 Hoogland akte 55, overleden ‎1 sep 1907 Utrecht akte 1245; ongehuwd‎, leeftijd 69 jaar, begraven ‎5 sep 1907 Utrecht. Beroep: Priester, pastoor. Religie: Roomskatholiek
Hij studeerde voor priester in Rijsenburg.
Hij zal zijn roeping niet alleen vanuit de hemel gekregen hebben, ook heeroom Jan zal zijn neefje gestimuleerd hebben.
Hij werd priester gewijd in 1861 in Rijsenburg.
Zijn eerste functie was kapelaan in Groessen, daarna korte tijd in Loenen en vanaf 1862 kapelaan in de Sint Walburgiskerk in Arnhem.
Daar heeft hij de cholera-epidemie van 1866 meegemaakt.
Vanaf 1874 was hij pastoor in Klarenbeek en in 1879 werd hij pastoor van Laren (NH).
Hier mocht hij de initiatieven van zijn voorgangers bekronen met een ‘eerstesteenlegging’ voor een nieuw klooster.
Nog geen jaar later kwamen de eerwaarde zusters Dominicanessen naar Laren om kinderen een godsdienstige en zedelijke opvoeding te geven.
De eerste steen met de naam van pastoor G. Hartman is nog zichtbaar aanwezig in het huidige Brinkhuis, dat als “Hart van Laren” door het leven gaat.
Het kan nu als cultureel centrum van Laren beschouwd worden.
De carrière van Gerard leidde hem verder naar de Sint Willibrordkerk in Utrecht in 1888.
Zijn heeroom Jan was ook al pastoor van deze geweest, maar dit was nog de oude kerk aan de Herenstraat.
Gerardus ging het huis Minnebroederstraat 15 bewonen, dat als pastorie gebruikt werd.
Hij werd in 1897 Provisor van het Aartsbisschoppelijk Seminarie en hij eindige zijn loopbaan in 1902 als kanunnik van het Metropolitaan Kapittel.
Daar zal hij meermalen een andere geboren Hooglander ontmoet hebben: aartsbisschop mgr. Hein van de Wetering.
Volgens het bevolkingsregister was hij het hoofd van de pastorie, als tweede man stond priester L.A.F.X. Fock op de lijst, deze was later in Amersfoort de hoogste in de hiërarchie van de rooms-katholieke kerk.
Fock vertrok vanuit Utrecht naar Veenhuizen, maar dat zal niet als delinquent geweest zijn.
Na een langdurig en smartelijk lijden, hij leed aan chronische astma, is pastoor Hartman in Utrecht overleden.
Zijn kapelaans plaatsten als condoleance een advertentie: dat waren W.P.J. Muller, J.J. Elberssen en J.J. Joosten.
Namens de familie plaatste R. van den Hengel als executoir testamenteur de kennisgeving.
1) 2)

Bronnen

1) bron: Delpher ‎2 sep 1907, extra tekst: De Tijd
2) bron: Archief Eemland, extra tekst: De Eembode van 7 september 1907
Neem contact met ons op over vragen, aanvullingen, op- of aanmerkingen.